Bever
Toen in oktober 1988 de eerste bevers in Nederland werden geherintroduceerd, was dit knaagdier na een afwezigheid van 162 jaar terug in de Biesbosch, waar hij van nature thuishoort. Nu kun je hem in de ochtend en avondschemering soepel door het water zien gaan, met de kop net boven water en de neusgaten, ogen en oren bijna op één lijn. Het grootste knaagdier van Europa is helemaal terug in ons land. En het gaat hem goed.
Bevers beschikken over perfect gereedschap voor hun knaagwerk: vier vlijmscherpe, knaloranje knaagtanden die bedekt zijn met een dikke laag glazuur. Daarmee knagen ze met gemak bomen om met een doorsnede van een halve meter. De pels bestaat uit verschillende lagen. Aan de buitenzijde een waterafstotende deklaag met lange, glanzende, vette haren met daaronder grijze wolharen die dicht opeen zitten. Een beverpels telt wel 23.000 haren per cm² (een mens heeft er 300 per cm²).
De bouw van de kegelvormige burchten begint in de herfst door een ruimte te graven in de oever en deze van binnenuit te vergroten. Vervolgens wordt er, door de hele familie, boven op dit hol een grote hoeveelheid stokken, mos en gras verzameld. De hele handel wordt tenslotte aangesmeerd met een laag modder. De ingang van de burcht ligt ook altijd onder water. Dat is een goede bescherming tegen roofdieren en zo kunnen ze bij vorst onder het ijs door de burcht blijven betreden. Dit is belangrijk, omdat bevers geen winterslaap houden en dus de burcht moeten kunnen verlaten op zoek naar voedsel.
Meer over de campagne
Het is dit jaar precies 30 jaar geleden dat de Biesbosch de status nationaal park kreeg. Onder de noemer De Biesbosch, B&B vol leven, nodigt het Biesboschnetwerk omwonenden en bezoekers uit om dit jubileum mee te komen vieren.